Deel 1.
Door Anton Nigten, zelfstandig onderzoeker bemesting, voeding en gezondheid.
In Wageningen leert elke student die het vak bemestingsleer volgt, dat planten hun nutriënten rechtstreeks uit het bodemvocht opnemen: stikstof bijvoorbeeld in de vorm van ammonium- of nitraationen. En ook kalium, fosfor, magnesium en calcium worden in het Wageningse model in de vorm van opgeloste zoutionen opgenomen. Elk zout heeft een helft met een positieve lading en een helft met een negatieve lading. Alle twee zijn het zoutionen. Samen vormen ze een zout. Elke boer is verteld dat de planten bemest moeten worden met de zouten die via de gewassen en de dierlijke producten van het land zijn verdwenen. De vruchtbaarheid moet op peil gehouden worden. Bij de woorden superfosfaat, kalkammonsalpeter, magnesamon, patentkali en ammoniumsulfaat weet elke agrariër precies waarover het gaat. Noodzakelijke plantenvoedingsstoffen. En de Wet van het minimum leert dat al één of enkele elementen die ontbreken, de normale plantengroei kunnen belemmeren. De wet van het maximum leert dat als je te veel van één element geeft, de zaak ook verstoord raakt.
[Lees meer…] overOnze bestaande opvattingen over bemesting worden steeds minder vanzelfsprekend. Planten voeden zich heel anders dan altijd gedacht.